editie 37 / mei 2012

Freelancers gearchiveerd

Het is diefstal of onrechtmatig landjepik. Het is onfatsoenlijk en het deugt niet. En desondanks gaan sommige overheidsdienaren zoals de wethouder van Cultuur van de Gemeente Leiden er vierkant achter staan. Inbreuk plegen op het auteursrecht als geformuleerd in de Auteurswet is een populaire sport geworden die ten koste van veel journalisten en auteurs door menigeen met enthousiasme wordt beoefend.

Freelancers gearchiveerd

Deze inbreuken vinden aan de lopende band plaats door het zonder voorafgaande toestemming van freelancers digitaal verveelvoudigen van teksten en foto's en het vervolgens gratis online ter beschikking stellen van de geestelijke eigendom van degenen die die teksten en foto's gemaakt hebben. Bezit van anderen dus. En dat hoort niet.

Uitnodigingen om in redelijkheid tot een regeling van de digitalisering van archieven en online-terbeschikkingstelling te komen zijn tot nu toe met opvallend dédain afgewezen. Onwetendheid en arrogantie lijken de boventoon te voeren, en tussen beide moet welhaast een direct oorzakelijk verband bestaan. 

 

Steun

Van het Nederlandse parlement heeft Lira niet veel steun te verwachten, al zullen ook daar fatsoenlijke volksvertegenwoordigers deel van uit maken die weten dat het auteursrecht één van de internationaal erkende mensenrechten is en dat daarmee zorgvuldig moet worden omgesprongen. Zij zullen uit electorale overwegingen hun stem niet al te hard durven verheffen tegen wat momenteel als erg populair gedachtegoed aangemerkt moet worden. 

Europese wetgeving in de vorm van Europese richtlijnen is daarentegen een bron van kracht in deze moeilijke tijden. Nog op 27 maart 2012 trok het gerechtshof Den Haag in een opzienbarend arrest stevig van leer tegen de Nederlandse staat. De staat werd aansprakelijk gesteld voor de schade, op het terrein van de thuiskopieheffing aan rechthebbenden toegebracht en de staat werd evenzeer aansprakelijk gehouden voor de nog op te lopen schade als gevolg van de voortzetting van het huidige beleid. Elke dag langer gaat geld kosten.

Lira is inmiddels bezig namens zichzelf en een groep van individuele journalisten die zij vertegenwoordigt, het Regionaal Archief Leiden te dagvaarden. En Lira zal als het nodig is, met zulk soort acties doorgaan totdat in Nederland de rechtsstaat weer een beetje zal zijn hersteld. De bijval die we krijgen van freelancers, is hartverwarmend. Steun van andere makers en sympathisanten blijft welkom.

Voordelen van digitaal

Het digitale tijdperk brengt grote voordelen voor iedereen met zich mee, zoals gemak en snelle bereikbaarheid. Lira is zich terdege van die voordelen bewust en wil de digitalisering bevorderen waar ze kan. Maar ook in het digitale tijdperk kan informatie niet gratis zijn, omdat de productie van informatie geld kost. Er kunnen goede redenen zijn om de consument in dit alles te ontzien, maar dan zal er iemand anders voor de kosten op moeten draaien, zoals de overheid in subsidiesituaties of het bedrijfsleven via advertenties. Maar eerst verantwoordelijke blijft natuurlijk de exploitant van de voorziening in kwestie, zoals de betreffende bibliotheek of het te raadplegen archief.

Met andere woorden: als de toegang tot informatie niet aan de voorkant van het scherm financieel wordt geregeld door een betaalmodule voor consumenten, zal de exploitant van de voorziening achter het scherm een andere financiële regeling dienen te treffen met rechthebbenden. Die laatste optie zal in veel gevallen de voorkeur genieten, omdat de gebruiker er op die manier zo min mogelijk last van heeft.

Dat er iets geregeld moet worden, is trouwens geen ramp. Het is de meest efficiënte manier om het licentieprobleem op te lossen en dan ook nog eens tegen betrekkelijk weinig geld . Want waarom zou je als digitaliserende instelling jarenlang tegen hoge kosten op zoek moeten gaan naar rechthebbenden om ze allemaal om hun toestemming te vragen als het ook anders en veel efficiënter kan, en op een manier die tegelijk voor de digitaliseerder zoveel mogelijk risico’s afdekt?

 

Beloning en zeggenschap

Lira komt op voor freelancers die vaak moeten leven van wat hun publicaties opbrengen. Lira handelt daarbij conform de Nederlandse en Europese wetgeving. Het zou toch vreemd zijn als iedereen die bij het digitaliseringsproces betrokken is, voor zijn technische of andere bijdrage zijn geld ontvangt behalve de schrijvers en freelancers. 

Twee zaken zijn voor de freelancer belangrijk: de zeggenschap over zijn werk en zijn aanspraken op een passende beloning.  Die twee zaken zijn in de overeenkomst die Lira in samenwerking vaak met Pictoright (fotografen) aan digitaliserende instellingen aanbiedt, nader vorm gegeven: een opt-out-mogelijkheid en een collectieve vergoeding. In iets andere woorden: de freelancer wil in een enkel geval niet dat zijn werk wordt gepubliceerd en dat gebeurt dan ook niet, en voor alle toestemming gevende freelancers samen komt er een vergoedingsregeling.

Ook in het digitale tijdperk moeten freelancers immers ergens van bestaan. Creatieve producenten van welke aard ook hebben unieke beschermde producten nodig om hun arbeid en hun geld in te stoppen waarmee ze de markt op kunnen. Die unieke bescherming wordt door het auteursrecht gegeven. Het auteursrecht en andere intellectuele eigendomsrechten vormen de basis van de economische waarde van het creatieve product. Het zou zonde zijn die economische waarde door onze vingers te laten glippen. Daar wordt de samenleving niet rijker van. Integendeel.

 

Rol van overheid en wetenschap

Het wordt tijd dat de overheid wanneer zij digitaliseringsprojecten subsidieert, bij het verstrekken van budgetten rekening houdt met de auteursrechtelijke vergoedingen. Gelukkig lijkt er op dit punt sprake te zijn van een mentaliteitsverandering bij in elk geval één grote  subsidieverstrekker. 

Tegenstand komt er soms ook van wetenschappelijk auteurs, vaak ook bestuurlijk betrokken bij digitaliseringsprojecten en misschien wel gebukt gaand onder het gevoel in de eigen praktijk niet helemaal vrijuit te zijn gegaan. Hun situatie is fundamenteel anders. Voor hen zijn teksten eerder even zovele stappen in hun gesalarieerde carrière dan dat zij persoonlijk een onmiddellijk financieel belang hebben bij publicatie en verkoop van hun werk. Die geprivilegieerde positie mag er niet toe leiden dat zij hun eigen economisch bestaan tot uitgangspunt maken voor de manier waarop anderen al schrijvend worstelen om het hoofd boven water te houden. Er mag van hen juist enig begrip gevraagd worden voor situaties waarin dat geldelijk belang wel degelijk een rol speelt.

 

Vanwege de wet en vanwege de economie

In de publiciteit is het vooral Lira’s rol in de digitalisering die de laatste tijd de aandacht trekt. Toch is het essentieel dat we ons daarmee bezig houden. Vanwege de wet en vanwege de economie.

Het maakt misschien niet zoveel indruk meer als er als argumentatie verwezen wordt naar wettelijke regels, maar het is wel de basis voor Lira’s optreden: wij willen organisaties die legaal willen handelen, aan een efficiënte collectieve regeling helpen. 

Minstens even belangrijk: waarom zouden we in het digitale tijdperk ophouden met het handhaven van de economische waarde van teksten, als er nog zoveel auteurs en journalisten en andere makers van moeten leven en als bij uitstek het auteursrecht in staat is producten van de geest ook in een economische omgeving te doen floreren?

 

Commissie Digiti©e

Lira, met inmiddels 11.500 aangesloten auteurs en journalisten, is een groot voorstander van de voordelen die de digitalisering met zich meebrengt. Het heeft dan ook al vroeg  besloten mee te doen in een centraal overleg met een commissie van de bibliotheekkoepel FOBID, de Commissie Digiti©e, om het eens te worden met tal van organisaties die willen digitaliseren, over een regeling die grote voordelen biedt boven het stuk voor stuk benaderen van individuele en vaak heel moeilijk te vinden rechthebbenden teneinde hun toestemming te krijgen. In de Commissie Digiti©e die nog steeds geregeld bij elkaar komt onder voorzitterschap van de directeur van de universiteitsbibliotheek Amsterdam, drs. A.J.A.H. Verhagen, zijn centraal afspraken gemaakt over de voorwaarden waaronder gedigitaliseerd kan worden. Want dat er bij bestaande wetgeving en internationale jurisprudentie iets geregeld moest worden, daar waren alle partijen het royaal over eens. Deze centrale afspraken, vaak meer richtlijnen dan dwingende voorschriften om ruimte te bieden aan specifieke omstandigheden, zijn voor organisaties die willen digitaliseren, terug te vinden op www.meldpuntdigitalisering.nl. Daar staan ook de nog onlangs verder genuanceerde tarieven.

Als eerste resultaat van die centrale afspraken is er in 2010 een contract tot stand gekomen tussen enerzijds Lira en Pictoright als vertegenwoordigers van freelancers en fotografen en anderzijds de Koninklijke Bibliotheek als digitaliserende instantie. Dat contract ging over het grote krantenproject van de KB waarbij heel veel dagbladen zijn gedigitaliseerd die tot en met het jaar 1995 zijn gepubliceerd (Databank Digitale Dagbladen).

Later zijn andere contracten gevolgd, even zo vele producten van redelijk en verstandig overleg. 

 

Van analoog naar digitaal 

De overgangsperiode van analoog naar digitaal zal, als geoordeeld moet worden naar thans opgedane ervaringen, voor rechthebbenden moeilijk worden. Hoge verwachtingen aan hun kant over wat Lira daarin zou kunnen betekenen, kunnen gemakkelijk worden teleurgesteld. 

Geholpen worden organisaties als Lira zeker niet door acties van de overheid tegen de Stichting Thuiskopie, terwijl dát systeem nou juist precies past in een digitaal wordende wereld: algemene heffingen die door collectieve beheerders volgens redelijke criteria worden geïncasseerd en transparant onder individuele rechthebbenden worden verdeeld. Terwijl in de rest van Europa het collectief beheer op terreinen waar collectief optreden wenselijk wordt geacht, steeds meer naar waarde wordt geschat en de rol van dergelijke organisaties in de beleidsvorming als vanzelfsprekend wordt meegenomen, muntte sinds 2007 de Nederlandse overheid zo ongeveer als enige in Europa uit in het naar het leven staan van een stichting die al jaren qua taak en uitvoering het goede toekomstgerichte voorbeeld gaf. 

Stichting Thuiskopie bestaat gelukkig nog, en is onlangs door Europese regelgeving aan een verlengd bestaan geholpen, maar dat is nog altijd iets anders dan dat een nationale overheid uit overtuiging het auteursrecht en daarmee het collectief beheer omarmt.

Dát gaat nog even duren.

KH



Bericht aan voorheen Vevam-scenaristen

Recent is namens Vevam en Lira een brief uitgegaan aan scenarioschrijvers die voorheen lid waren van Vevam en inmiddels aangesloten bij Lira. Tegelijk bevat de brief belangrijke informatie voor scenarioschrijvers die aangesloten zijn bij Lira en via Lira bijvoorbeeld kabelgelden voor speelfilmscenario's bij Vevam claimden. De brief is bedoeld om betrokkenen te informeren over een lastige situatie die de voortdurende aandacht van Lira's bestuur en bureau heeft.


Hoofddorp/Amsterdam april 2012

Geachte heer, mevrouw,

Hierbij informeren wij u graag over de stand van zaken rondom de overgang van scenarioschrijvers die voorheen bij Vevam waren aangesloten naar Lira.

Vevam voor regisseurs

Begin 2010 ontving u bericht dat Vevam had besloten om vanaf 1 april 2010 een organisatie voor regisseurs te worden. Vevam nam daarmee tegelijk afscheid van de aan haar verbonden scenarioschrijvers en producenten. Daarop hebben Lira en Vevam gesprekken gevoerd over de overgang van de voormalige Vevam-scenaristen naar Lira.


Scenarioschrijvers welkom bij Lira

Veel scenarioschrijvers die bij Vevam waren aangesloten, zijn inmiddels al bij Lira aangesloten en Lira heet alle schrijvers graag welkom. Wel is het natuurlijk belangrijk dat bij zo’n verschuiving ook de bijbehorende geldstromen ‘meeschuiven’. Want terwijl Lira tot nu toe incasseert en uitkeert voor werken die door of in opdracht van een (Nederlandse of buitenlandse) publieke omroep via een substantiële investering waren geproduceerd, bewerkt, vertaald of ondertiteld, keerde Vevam kabelgeld uit voor onafhankelijk (commercieel) geproduceerde werken, voor speelfilms, animatiefilms en documentaires.


Het kabelcollectief

Het geld dat distributeurs betalen voor de uitzendingen via de kabel wordt geïncasseerd door het kabelcollectief. Daarin zitten niet alleen Lira en Vevam, maar ook Buma (componisten en tekstdichters), Sekam (Nederlandse producenten), Agicoa (buitenlandse producenten), Pictoright (visuele makers) en sinds vorig jaar ook Norma (acteurs). Logischerwijs betekent de overgang van een nieuwe groep scenarioschrijvers naar Lira en de bijbehorende repertoire-uitbreiding dan ook dat er bij de kabelverdeling een deel van het geld dat voorheen bestemd was voor Vevam-scenaristen, nu naar Lira zal moeten gaan. Want wat Lira niet ontvangt, kan zij ook niet uitkeren. Binnen het kabelcollectief vinden hier al geruime tijd onderhandelingen over plaats, maar een definitieve verdeling is nog steeds niet vastgesteld.


Uitkeringen over 2010

Lira heeft de kabelgelden over 2010 eind 2011 uitgekeerd. Vevam heeft voor het jaar 2010 echter nog niet kunnen uitkeren, aangezien Vevam dit geld nog niet heeft ontvangen. Voor de periode tot en met 2010 loopt de incasso van Vevam – in tegenstelling tot die van Lira – indirect via Agicoa en Sekam, waardoor de uitkeringen van Vevam altijd al later konden worden verzorgd. Vevam hoopt op korte termijn over te kunnen gaan tot de uitkeringen over de eerste drie maanden van 2010.

Lira is in goed overleg met Vevam voornemens om tegelijkertijd of direct na de uitkering van Vevam over het eerste kwartaal van 2010, de kabeluitkeringen over de periode 1 april 2010-31 december 2010 te verzorgen. Deze periode moet worden gezien als een overgangsperiode waarvoor Vevam aan Lira een vergoeding beschikbaar zal stellen. De uitkering van Lira zal derhalve uitgaan van de tot op heden voor de betreffende groep scenarioschrijvers gebruikelijke vergoedingen van Vevam.

Pas nadat definitieve overeenstemming binnen het kabelcollectief is bereikt over de overgang van het voormalige Vevam-repertoire naar Lira per 1 januari 2011, zal Lira ertoe over kunnen gaan om haar repartitiereglementen te wijzigen en haar repertoire uit te breiden met commercieel geproduceerde werken, speelfilms, animatiefilms en documentaires.


Uw opgave voor 2010

Graag ontvangt Vevam uw opgave van uitgezonden werken in het eerste kwartaal van 2010, voor zover u dit nog niet heeft gedaan. Wilt u opgave doen van uw werk dat is uitgezonden op televisie in de laatste negen maanden van 2010 en dat voorheen door Vevam werd vertegenwoordigd, dan kunt u dat bij Lira doen. Lira en Vevam hopen op een spoedige afwikkeling van de gesprekken die binnen het kabelcollectief worden gevoerd en houden u graag op de hoogte van de voortgang.

Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Met vriendelijke groet,

Hanneke Verschuur, Lira
Sylvia Brandsteder, Vevam

 

Lira's statutenwijziging

Uitvoering gevend aan suggesties inzake Good governance van de zijde van het College van Toezicht Auteursrechten en naburige rechten (CvTA), aan alle CBO's gedaan, is het bestuur van Lira vooral in het jaar 2011 begonnen met het nadenken over de mogelijkheid om in het bestuur van Lira een vorm van intern onafhankelijk toezicht te creëren door de benoeming van een onafhankelijk voorzitter en een onafhankelijk penningmeester waarbij onder het woord onafhankelijk wordt verstaan: een niet-bindend en niet door kandidaatstellende organisaties, ook wel constituerende verenigingen genoemd, voorgedragen voorzitter en penningmeester. Beide bestuurszetels worden wel zetels van de vergadering van aangeslotenen genoemd. Op het ogenblik bezet Lira's huidige penningmeester de ene ‘vergadering van aangeslotenen’-zetel en is de ander door min of meer toevallige omstandigheden onbezet.

Beide in het geding zijnde bestuurszetels bestaan dus al. Wat verandert is dat het voortaan om een in functie gekozen voorzitter en penningmeester zal gaan die beiden rechtstreeks door de vergadering van aangeslotenen als zodanig kunnen worden voorgedragen en desgewenst benoemd. 

 

Continuïteit

Tegelijk was bij de overwegingen een gegeven dat de voor de continuïteit zo belangrijke aanwezigheid in het bestuur van Lira van bestuursleden die bindend worden voorgedragen door de VSenV en de NVJ, gehandhaafd moest blijven. De verbondenheid van die zetels van kandidaatstellende organisaties mèt die organisaties biedt de beste garantie op continuïteit. 

 

Niet-leden van VSenV en NVJ

Een derde overweging kwam voort uit het feit dat Lira eind 2011 meer dan 11.500 aangeslotenen telt en dat de niet-VSenV-leden onder die aangeslotenen veruit in de meerderheid zijn en een krachtiger, zo breed mogelijk gedragen vertegenwoordiging in het bestuur van Lira verdienen. Voor wat betreft die laatste overweging volgde eigenlijk logischerwijs de wens dat de voorzitter van Lira een voorzitter van álle aangeslotenen zou zijn en dus in functie gekozen zou moeten worden door de vergadering van aangeslotenen. Datzelfde geldt voor de penningmeester.

De hieruit voortvloeiende gematigde wijzigingen in de statuten van Lira zijn thans (maart 2012) geformuleerd, met de notaris doorgesproken, ten overstaan van hem verleden, na stilzwijgende instemming van het CvTA inmiddels van kracht geworden en gepubliceerd.

 

Feitelijke bestuurssamenstelling

In de feitelijke samenstelling van het Lira-bestuur zullen deze statutenwijzigingen op korte termijn waarschijnlijk geen tot weinig veranderingen teweeg brengen. Het bestuur van Lira kende ook in 2011 zeven bestuurszetels waarvan er zes bezet waren. Vier van de bestuursleden werden bij bindende voordracht voorgedragen door de VSenV, één bij bindende voordracht door de NVJ en twee andere bestuurders zonder bindende voordracht op initiatief van het bestuur van Lira door de vergadering van aangeslotenen. Eén zetel uit die laatste categorie bleef zoals hierboven gemeld onbezet, omdat uitgebreide speurtochten naar passende kandidaten geen blijvend resultaat opleverden. Alle bestuursleden werden korter en langer geleden na hun voordracht benoemd door de vergadering van aangeslotenen.

Op de jaarvergadering van 9 juni 2012 zal voor het eerst volgens de gewijzigde statuten worden gewerkt bij de kandidaatstelling en benoeming van Lira-bestuursleden. Het bestuur van Lira heeft inmiddels de zittende voorzitter op niet-bindende voordracht kandidaat gesteld voor benoeming in de functie van voorzitter door de vergadering van aangeslotenen. De vergadering van aangeslotenen krijgt onder voorwaarden gelegenheid tegenkandidaten in te dienen. Zo nodig vinden er stemmingen plaats.

 

Profiel

Ook is aan het VSenV-bestuur gevraagd voor de nog altijd onbezette zetel in het Lira-bestuur, voorheen van de vergadering van aangesloten, een geschikte bij voorkeur vrouwelijke kandidate bindend voor te dragen. Daarbij wordt gewerkt met een door Lira opgesteld profiel dat er als volgt uitziet:

Het bestuur van de VSenV heeft toegezegd op zoek te gaan naar een geschikte kandidaat. De NVJ heeft inmiddels Kees Schaepman bindend voorgedragen voor een plaats in het Lira-bestuur als opvolger van bestuurslid Maria Genova.

KH

 

Recente rechtspraak

Soms zijn er gerechtelijke uitspraken die van betekenis zijn voor aangeslotenen bij Lira. Steeds vaker zijn de successen in procedures, gezien vanuit rechthebbenden, te danken aan Europese regelgeving. Dit keer is de oogst sterk wisselend.

Recente rechtspraak

Arrest Norma/Staat der Nederlanden inzake thuiskopie

Stichting Norma was in hoger beroep gegaan tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank die in Norma's nadeel was uitgevallen. Het ging om een procedure tegen de Staat der Nederlanden. Norma eiste onrechtmatigverklaring van AMvB's die minister van Justitie Hirsch Ballin vanaf 2007 had uitgevaardigd en als gevolg waarvan Stichting de Thuiskopie feitelijk ten dode was opgeschreven. Incasso was alleen nog mogelijk op lege cd's en dvd's en alle moderne dragers van kopieën, veelal van digitale aard, waren uitgesloten. Thuiskopie had derhalve geen toekomst meer. Ook aan het miljoen euro dat Lira in de regel jaarlijks aan thuiskopiegelden kreeg, vooral voor scenarioschrijvers, zou op den duur onverbiddelijk een einde komen. 

In het arrest van 27 maart 2012 verwijst het gerechtshof bijna voortdurend naar wat het Hof van Justitie EU in het zogenoemde Opus-arrest als Europese bodem onder de thuiskopieregeling heeft gelegd. Dat Opus-arrest is tot stand gekomen in een procedure die Stichting de Thuiskopie had aangespannen tegen een Duitse exporteur van onbespeelde dragers. Cedar-medewerkers in en rond Thuiskopie hadden die procedure hun toegewijde aandacht gegeven en er hard aan gewerkt. Van dat Opus-arrest loopt er praktisch een rechte lijn naar het door prof. Dirk Visser 'spectaculair' genoemde arrest van het Haagse gerechtshof van 27 maart 2012.

Die keiharde uitspraak houdt in dat uitvoerend kunstenaars recht hebben op een billijke vergoeding voor die apparaten waarmee voor een meer dan verwaarloosbaar gedeelte in het kader van het privé-kopiëren 'thuiskopieën' worden gemaakt. Zolang de Staat de regelgeving niet verandert, zal de Staat de schade die de kunstenaars daardoor lijden, moeten blijven vergoeden.

Te verwachten valt dat het bovenstaande niet alleen voor uitvoerende kunstenaars zal gelden, ook voor makers in de zin van de Auteurswet.
 

Arrest Norma/NLKabel inzake kabelrechten van naburig rechthebbenden

Op 10 april 2012 werd het arrest bekend in de zaak in hoger beroep van de Stichting Norma tegen de Nederlandse kabelexploitanten. Als om te bewijzen dat rechtspraak een zeer wisselvallig gebeuren is, was het dit keer de Stichting Norma die van de Nederlandse kabelaars, verenigd in NLKabel, verloor. 

Norma eiste, heel kort door de bocht, dat de Nederlandse kabelexploitanten alsnog met terugwerkende kracht de verplichting opgelegd zouden krijgen ook voor de aangeslotenen van Norma kabelgelden te betalen. Tot nu toe zijn die kabelgelden uitsluitend betaald aan makers in de zin van de Auteurswet, niet aan naburigrechthebbende musici en acteurs in de zin van de Wet op de naburige rechten.

In haar afwijzing van het geëiste speelt bij het Hof Den Haag het begrip heruitzenden een belangrijke en nogal desastreuze rol, alsook de onvoldoende bepaaldheid van wat precies door naburigrechthebbenden aan Norma werd overgedragen. 

Een aantal deskundigen die zich over het arrest hebben gebogen, achten goede gronden voor een cassatieprocedure aanwezig. Als dat pad wordt bewandeld, zijn we al gauw weer anderhalf jaar verder. 

Cessio legis na Luksan-arrest

Inmiddels heeft het Europese Hof in de Luksan-zaak geoordeeld dat een systeem van 'cessio legis' binnen de EU niet toelaatbaar is. Van 'cessio legis' is sprake als bij wet exploitatierechten exclusief aan film- en tv-producenten worden toegewezen. De wetgeving van lidstaten die de exploitatierechten van rechtswege rechtstreeks en uitsluitend aan de filmproducent toewijzen, blijkt in strijd met het recht van de Europese Unie.

Producenten moeten zich hun rechten en bevoegdheden verwerven door te contracteren met makers, in casu de scenarioschrijver en de regisseur. Het beroep dat Nederlandse audiovisuele producenten doen op de overheid om hen te hulp te komen door het bij wet invoeren van 'cessio legis'-wetgeving is derhalve vanuit Europees recht nutteloos en tot falen gedoemd. 

 

'Nemo plus' en collectieve exploitatie

Uit recente beschouwingen van de Commissie Auteursrecht die de regering adviseert in auteursrechtelijke zaken, weten we inmiddels ook dat het de makers van audiovisuele werken (tv en film) vrij staat hun rechten of een deel van hun rechten ter collectieve exploitatie over te dragen aan een collectieve beheersorganisatie zoals Lira (scenarioschrijvers) en Vevam (regisseurs). Is dat eenmaal gebeurd en werkzaam gebleken, dan kan de audiovisuele producent niet meer met succes een beroep doen op het in artikel 45d Auteurswet geformuleerde vermoeden van overdracht. Want een maker heeft in die situatie niet meer de beschikking over zijn rechten die hij immers aan een cbo heeft overgedragen, en wat iemand niet meer heeft, kan geen voorwerp van overdracht meer worden, ook al blijft die overdracht tot een vermoeden beperkt. De juristen onder ons zien dit als een vorm van toepassing van het 'nemo plus'-beginsel.

De kreet, en meer is het niet, dat producenten uit hoofde van hun titel over eigen exploitatierechten beschikken hebben, is niet juist. De producent heeft voor zijn exploitatierechten de makers van het film- of tv-werk nodig of de collectieve rechtenbeheerder waarbij deze makers zijn aangesloten en aan wie zij bepaalde rechten ter uitbating hebben toevertrouwd. Niemand betwist overigens de belangrijke taak die producenten bij het vervaardigen van de film of de tv-serie hebben, zowel ten behoeve van het ontstaan als ten aanzien van de exploitatie, maar als zij zichzelf in hun wettelijke status overschatten, lopen ze dus het risico pijnlijk gecorrigeerd te worden.

KH



Wet toezicht CBO's

Op 13 maart 2012 heeft de Tweede Kamer, na amendering, het wetsvoorstel tot Wijziging van de Wet van 6 maart 2003, houdende bepalingen met betrekking tot het toezicht op collectieve beheersorganisaties voor auteurs- en naburige rechten (31 766) aangenomen. Op diezelfde 13 maart jl. is het wetsvoorstel bij de Eerste Kamer ingediend.

Het wetsvoorstel betreft om precies te zijn een aanpassing van de Wet toezicht uit 2003 en is drie keer aangepast bij nota’s van wijziging en door amendementen.

Bij aanvaarding door de Eerste Kamer zullen naast Buma, Sena, Reprorecht, Leenrecht en Videma een aantal andere collectieve beheersorganisaties onder toezicht van het College van Toezicht auteurs- en naburige rechten (CvTA) komen te vallen, waaronder ook Lira. Ook het soort instrumenten waarmee dat toezicht kan uitgeoefend, wordt in de aangepaste wet uitgebreid. 

Nu moet de tekst van het wetsvoorstel nog door de Eerste Kamer. Wanneer dat zal gebeuren, is mede afhankelijk van politieke ontwikkelingen, maar naar verwachting zou dat in de tweede helft van 2012/eerste helft 2013 kunnen gebeuren. Omdat er een aantal principiële punten in het wetsvoorstel voorkomen, is het niet bij voorbaat een uitgemaakte zaak dat de Eerste Kamer er in alle opzichten mee in zal stemmen. Zo speelt de vraag of het passend is dat er op private organisaties vanuit de politiek een zo vergaand toezicht van toepassing kan worden verklaard. En of het juist is dat cbo's tot samenwerking kunnen worden gedwongen, gelet op de in de grondwet vastgelegde vrijheid van vereniging. Kortom: nogal wat vragen die te maken hebben met de soms lastig te definiëren grens tussen privaat en publiek domein.

De brancheorganisatie van collectieve beheersorganisaties, VOI©E, heeft bij brief van 17 januari 2012 aan de Tweede Kamer bericht dat zij onderschrijft dat een verbreed en versterkt toezicht belangrijk is voor de legitimatie van collectief beheer van rechten. Zij bepleit daarbij meer ruimte voor oplossingen die door de markt zelf zijn ontwikkeld en meer beleidsvrijheid voor het College van Toezicht Auteursrechten. 

VOI©E wendt zich thans met name tot de Eerste Kamer, omdat Regering en Tweede Kamer naar het oordeel van het bestuur enkele artikelen hebben vastgesteld die op gespannen voet staan met grondwettelijke bepalingen en algemene rechtsbeginselen. Het bestuur wijst er in dit verband op dat geen recht wordt gedaan aan het feit dat de collectieve beheersorganisaties privaatrechtelijk zijn georganiseerd en gefinancierd. Met name heeft VOI©E bezwaar tegen:

In een aantal van deze kwesties rijst de principiële vraag waarom het collectieve beheer anders moet worden behandeld dan andere privaatrechtelijk georganiseerde entiteiten in de samenleving. Aldus Voi©e.

KH

 

Journalistieke socu-afspraken

Lira doet sinds het samengaan van Nieuwswaarde met Lira een aantal journalistieke repartities. Dat gaat veelal over geringere bedragen dan de Lira-repartities. Door de vaak geringe omvang zijn er hoge percentages nodig aan inhoudingen voor administratiekosten om de kosten te dekken. Om die inhoudingen niet te hoog op te laten lopen zijn er begin 2009 met het oog op het samengaan contractuele afspraken gemaakt tussen Nieuwswaarde en Lira.

Maximaal 15% administratiekosten

Zo staat er in artikel 9.3 van de samenwerkingsovereenkomst te lezen dat Lira in beginsel maximaal 15% aan administratiekosten zal inhouden op uitkeringen aan aangeslotenen van Nieuwswaarde: lees: ontvangers van journalistieke gelden. En waar het hier om gaat: socu-inhoudingen zullen pas worden toegepast indien de inhouding tot bestrijding van de kosten van incasso en repartitie tot onder het maximale niveau van 15% zal zijn gedaald en ook overigens aan de normen van het College voor Toezicht Auteursrechten wordt voldaan.

Met andere woorden: de administratiekosten van journalistieke repartities zullen niet hoger worden dan 15% en pas als die administratiekosten dalen, zal er ruimte ontstaan voor de socu-inhoudingen en daarmee aanspraak op de diensten die vanuit de reguliere socu-inhoudingen worden betaald, zoals een oudedagsvoorziening via het P.C. Boutensfonds enzovoort.

Lira is bezig te bezien op welke manier die daling van administratiekosten kan worden bevorderd. Zo wordt geprobeerd de efficiency te bevorderen door samenvoeging van repartitiestromen, door uniformering van grondslagen voor de repartitie en dergelijke ingrepen meer. Dat kan alleen niet overal, en dat kan niet overal meteen. Maar uiteindelijk wil Lira toe naar een over de hele linie ongeveer gelijk niveau aan administratiekosten waardoor er tegelijk ruimte voor enige socu-inhouding zou komen.

Intussen doet Lira haar best waar passend de journalisten te hulp te komen door het beschikbaar stellen van bijdragen.

Een overzicht van bijdragen aan collectieve journalistieke bestemmingen laat het volgende zien:

- In 2009: 

- In 2010:

- In 2011:

KH

 

E-books voor en door auteurs

Het aanbod van Nederlandstalige e-books stijgt snel. Steeds meer uitgevers brengen titels uit als e-book en het modelcontract voor literaire werken is in 2011 uitgebreid met een e-book licentie

E-books voor en door auteurs

E-book platforms

Als uw uitgever uw e-book uitbrengt, dan hoeft u zich niet bezig te houden met zaken als vormgeving, promotie, distributie en verkoop. Natuurlijk kunt u als auteur de verkoop een handje helpen door bijvoorbeeld signeersessies en via social media. Maar wat te doen als u als auteur zelf uw e-book wilt uitgeven in eigen productie, met eigen promotie en eigen verkoopkanalen? 

Onderschat de rol van uw uitgever niet: een professionele uitgave vraagt veel tijd en inzet. Toch zoeken auteurs steeds vaker naar mogelijkheden om  zelf de uitgave van hun e-book ter hand te nemen. Lira deed een klein onderzoekje en zette een paar mogelijkheden voor u op een rijtje, zonder daarbij te willen streven naar volledigheid. Een willekeurige greep uit het aanbod dus.

 

Boenda.nl

Boenda is opgericht vanuit de gedachte dat het voor auteurs mogelijk moet zijn om op eenvoudige wijze zelf boeken te verkopen. Boenda vraagt geen exclusiviteit van de auteur. Hierdoor heeft u als auteur de vrijheid om met meerdere organisaties verkoopafspraken te maken. Bovendien mag u zelf de verkoopprijs bepalen.

Boenda biedt daarnaast vooral voor beginnende auteurs tal van mogelijkheden om ervaring op te doen. Het platform koppelt vraag en aanbod. Zo is het mogelijk om via Boenda.nl in contact te komen met redacteuren, designers en PR-medewerkers. Boenda.nl opereert alleen op de digitale boekenmarkt. Het uitgeven en verkopen van een gedrukt boek is niet mogelijk. Maar via Boenda.nl kunt u wel in contact komen met een uitgever die een gedrukte versie van uw boek wil aanbieden.
 

Pumbo.nl

De website van Pumbo is één van de meest overzichtelijke websites op gebied van het maken en verkopen van (e)books. Een belangrijk verschil met andere platforms is de mogelijkheid tot Printing on Demand. Dit maakt het mogelijk om ook gedrukte boeken zelf uit te geven. Het is via Pumbo op eenvoudige wijze mogelijk om zowel een e-book als hardcopy exemplaar te maken. Daarnaast kan het boek ook via Pumbo.nl verkocht worden. Hierbij kunt u zelf de verkoopprijs bepalen.

 

iBookstore

Apple kondigde begin 2012 het nieuwe product iAuthor aan. iAuthor is een app die gebruikt kan worden om zelf e-books te maken. De app wordt gratis aangeboden door Apple. Via de iBookstore kunt u uw e-book digitaal verkopen. Apple claimt daarbij exclusiviteit voor de extensie .ibooks. E-books met de extensies .epub of .pdf mogen ook via andere kanalen dan de iBookstore verkocht worden.

Het gebruik van de iBookstore is niet zo eenvoudig. Zo moet een Amerikaans Tax-ID worden aangevraagd en worden boeken (of apps) die via iTunes of de iBookstore worden aangeboden, eerst gekeurd op kwaliteit. Daarnaast moet u zichzelf bij Apple melden als schrijver en bent u verplicht uw creditcardnummer op te geven.

 

Nieuwe kansen?

Bovenstaande voorbeelden zijn slechts een kleine greep uit de mogelijkheden die auteurs vandaag de dag ter beschikking staan. Tal van platforms bieden de mogelijkheid om via internet uw e-book te produceren en aan te bieden. De kosten en commissiepercentages en de voorwaarden ten aanzien van exclusiviteit verschillen nogal. Beginnende schrijvers kunnen bovendien niet overal terecht. Toch mag de verwachting zijn dat het e-book en het internet op korte termijn aan schrijvers kansen bieden die voorheen niet bestonden.

SG



Mededelingen van het Lira-bestuur

Klachtencommissie leenrecht over het jaar 2011

Bij afwezigheid van klachten inzake de leenrechtrepartities van eind 2011 hoefde de bestuurscommissie die zich daarover buigt, niet bijeen te komen. Binnengekomen correcties en naar voren gebrachte op- en aanmerkingen konden op bureauniveau worden afgehandeld en tot een goed einde worden gebracht. 

 

Verlengingenprocedure

Door de Stichting Leenrecht wordt in cassatie een procedure bij de Hoge Raad gevoerd over de verlengingenkwestie. Dat wil zeggen dat er een antwoord wordt gezocht op de vraag: is een verlenging van een uitlening een nieuwe uitlening waarvoor door de openbare bibliotheken betaald zou moeten worden? In de Auteurswet is niet een-twee-drie het passende antwoord te vinden. Omdat een verlenging nieuwe uitleen in de weg staat en de auteur en uitgever daardoor een nieuwe leenvergoeding zouden kunnen mislopen, lijkt de argumentatie van de Stichting Leenrecht ten gunste van de stelling 'de verlenging is een nieuwe uitleen waarvoor een vergoeding verschuldigd is' sterk.

De uitspraak van de Hoge Raad laat wel nog even op zich wachten. De behandeling kan uitlopen tot in de tweede helft van 2012 of het begin van 2013. Intussen bestaat er ten aanzien van verlengingen nu al enkele jaren een onzekere situatie. Dat maakt het er voor bibliotheken die uit voorzichtigheid geld opzij leggen, niet gemakkelijker op. 

KH

 

Hoe kom ik aan hulp en advies?

Of word als freelance-journalist lid van de FreeLancers Associatie (FLA) voor freelance-journalisten, afdeling van de Vereniging van Schrijvers en Vertalers (VSenV) (www.fla.nl), of -naar keuze- van de Sectie freelance van de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ), Johannes Vermeerstraat 22, Amsterdam, telefoon: 020-6766771; www.nvj.nl

Leden van de NVJ doen een beroep voor rechtskundige bijstand op de juridische dienst van de NVJ. Leden van de VSenV, leden van de VvEA en aangeslotenen van Lira die geen lid zijn van de NVJ, sturen bij een conflict een schriftelijk verzoek om financiële ondersteuning (met relevante stukken zoals het contract en relevante correspondentie) naar het bestuur van de Stichting Rechtshulp Auteurs, p/a Bureau van de VSenV, De Lairessestraat 125, 1075 HH Amsterdam, tel: 020-6240803, e-mail: rechtshulp@vsenv.nl

Het kernbegrip voor aanvragen bij Rechtshulp Auteurs is professioneel geschil, dat wil zeggen: een conflict als auteur (en niet in een andere hoedanigheid) met een wederpartij. Rechtshulp geeft geen adviezen over het sluiten van contracten, dat is het werkterrein van de beroepsverenigingen. Rechtshulp ondersteunt ook geen geschillen die al heel oud zijn, of geschillen waarbij de auteur zelf al een advocaat heeft betrokken, of geschillen die niet of slechts heel indirect met het auteurschap te maken hebben.

Het bestuur van de Stichting Rechtshulp Auteurs vergadert maandelijks om de aanvragen aan de hand van een reglement te beoordelen. Bij een positief besluit wordt de aanvrager doorverwezen naar een aantal advocaten, met wie de stichting langdurig relaties onderhoudt. In dat geval wordt maximaal de eerste 1000 euro (plus de BTW) aan advocaatkosten voor 100% door de stichting vergoed. Indien Rechtshulp besluit na het advies verdere acties te ondersteunen, wordt bij kosten boven de eerste 1000 euro een eigen bijdrage van 5% over het meerdere gevraagd. In de regel zullen de kosten van eenvoudige adviezen van een advocaat niet hoger dan 1000 euro zijn; in dat geval zijn zij dus voor de cliënt gratis. Blijkt de zaak wat ingewikkelder en stijgen de kosten tot meer dan 1000 euro (bijvoorbeeld door de noodzaak van een gerechtelijke procedure), dan treedt bij voortgezette steun de 5%-eigen-bijdrageregeling in werking, gerekend over de advocaatkosten.

Lira-aangeslotenen kennen boven de eerste 1000 euro daarnaast een eigen risico van 250 euro dat echter kan komen te vervallen, indien zij lid worden van de Vereniging van Schrijvers en Vertalers (VSenV) of van de Vereniging van Educatieve Auteurs (VvEA). 

Tot slot: als uit een juridische actie een opbrengst voortvloeit van meer dan 4500 euro, dan geldt een terugbetalingsregeling van 10% van dat meerdere tot maximaal de bijdrage die door Rechtshulp voor advies en procedure is betaald.

KH

 

Lira Fonds: nieuwe aanvragen in 2012

Wat is Lira?

De Stichting Literaire Rechten Auteurs (Lira) int en verdeelt voor auteurs en journalisten bestemde kabelgelden, thuiskopievergoedingen, leenrechtgelden, reprorechtgelden en andere soorten auteursrechtelijke gelden.

Met uitzondering van gelden voor journalistieke werken wordt op een beperkt deel van deze gelden, naast een inhouding voor administratiekosten, niet meer dan 10% ingehouden ten behoeve van sociale en culturele doeleinden, zogeheten socu-gelden.

Afhankelijk van het moment waarop ook op uitkeringen voor journalistieke werken een inhouding plaats gaat vinden voor sociale en culturele doelen wordt ernaar gestreefd ook voor de journalistieke aangeslotenen mogelijkheden te creëren om uit het Lira Fonds bijdragen te verwerven.

 

Wat is de Stichting Lira Fonds?

De Stichting Lira Fonds beheert de ingehouden gelden die bestemd zijn voor sociale en culturele doelein­den.

Uit de sociale gelden worden kosten bestreden die verbonden zijn met ondersteunde organisaties die struc­tu­reel of incidenteel algemene of specifieke belangen van schrijvers en vertalers en hun beroepsuitoefening behartigen. Aanvragers zijn organisaties of instellingen – geen privé-personen – die aan belangenbeharti­ging doen of een duidelijk daarmee verbonden taak vervullen. Over zogeheten sociale aanvragen wordt door het bestuur van het Lira Fonds besloten.

Culturele gelden worden door het bestuur van het Lira Fonds verdeeld in de vorm van bijdragen aan activiteiten onder meer op het gebied van literatuur, theater en in een enkel geval audiovisuele producties op het literaire terrein. Het bestuur wordt daarin bijgestaan door een Adviescommissie bestaande uit vier externe deskundigen en twee leden van het Lira Fonds-bestuur.

De Adviescommissie vergadert eenmaal per twee maanden en brengt advies uit over de binnen­gekomen culturele aanvragen aan het bestuur van het Lira Fonds. Uitgebrachte adviezen worden in de regel conform het advies door het bestuur van het Lira Fonds bekrachtigd en daarmee tot besluiten gemaakt.

Zie voor het actuele beleid de website van het Lira Fonds: www.lira.nl/lirafonds.

 

Wat zijn de doelstellingen van de culturele tak van het Lira Fonds?

In het algemeen gesproken: het stimuleren van het tot stand komen en uitdragen van Nederlands literair, literair-dramatisch en muziekdramatisch werk en daarop gebaseerde producties van velerlei aard. Bijzon­dere aandacht gaat uit naar projecten die moeilijk binnen de voorwaarden van de bestaande overheidsfondsen zijn in te passen. Het belangrijkste criterium voor subsidiëring is kwaliteit.

 

Wie kunnen waarvoor subsidie aanvragen?

In het algemeen kunnen alleen rechtspersonen (verenigingen, stichtingen en soortgelijke ver­ban­­den) subsidie aanvragen uit de culturele gelden, geen individuele personen. De subsidies zijn veelal bestemd als bij­drage aan professionele auteursvergoedingen, zoals auteurshonoraria voor literaire manifes­taties, schrijfopdrachten, toneelvertalingen e.d. ten behoeve van incidentele projecten. Zij worden alleen gegeven ter dekking van een tekort op de begroting. Niet gehono­reerd worden aanvragen voor debutanten, amateur­producties en culturele vormingspro­jecten. Grote toneelgezelschappen worden geacht te putten uit hun eigen schrijversbudget, zolang dat niet door actuele bezuinigingen is getroffen.

Subsidies worden verleend in de vorm van een garantiesubsidie waarop eventueel een voorschot mogelijk is.

 

Hoe een culturele subsidie aan te vragen?

Aanvragen dienen uiterlijk 3 weken voor de vergaderingen van de Adviescommissie in achtvoud te worden ingediend bij het bureau van de Stichting Lira Fonds en voorzien te zijn van het per 1 januari 2007 ingevoerde nieuwe aanvraagformulier, een beschrijving van het project met -indien aanwezig- graag een tekst of tekstfragment, een duidelijke begroting en cv=s van de auteurs voor wie geld wordt gevraagd. Indien het om een the­aterproject gaat, verwacht de adviescommissie dat de naam en het adres van de auteur op het aanvraagformulier zijn ingevuld, zodat ook hij/zij geïnformeerd kan worden. Nadere informatie over een en ander is te vinden op www.lira.nl/lirafonds.

De vergaderingen van de adviescommissie worden in de regel steeds op de eerste donderdag van de even maanden gehouden. In het jaar 2012 komt de adviescommissie volgens dit schema nog bij elkaar op 7 juni, 2 augustus, 4 oktober en 6 december 2012.

Mocht een vergadering geen doorgang kunnen vinden, dan wordt alsnog iets later vergaderd.

KH

 

Woutertje Pieterse Prijs 2012

'Moet kinder- en jeugdliteratuur toegankelijk zijn?' was de terugkerende vraag bij de uitreiking van de 25e Woutertje Pieterse Prijs en de viering van zijn vijfentwintigjarige jubileum. De verschillende sprekers reageerden op klachten uit de pers dat de jury te vaak had gekozen voor te moeilijke boeken, maar zochten daarin gelukkig eerder de nuance op dan de polemiek.

Woutertje Pieterse Prijs 2012

Een goed voorbeeld daarvan was de lezing van Edward van de Vendel, waarin hij stelde dat we vooral beide kanten op moeten blijven kijken, dus zowel naar de toegankelijke veelgelezen boeken als de boeken waar kinderen wat meer moeite voor moeten doen, waarbij we 'kinderen niet zien als een kuikenversie van volwassenen'.

Vanwege het jubileum was er besloten om, naast de reguliere uitreiking van de Woutertje Pieterse Prijs, uit alle winnaars tot dan toe de vijf beste met een oorkonde te bekronen. Die eer was bestemd voor Imme Dros, Joke van Leeuwen, Toon Tellegen, Wim Hofman en Benny Lindelauf.  Zij werden benoemd tot de 'rovershoofden'.

25e WPP-prijs

De vijfentwintigste Woutertje Pieterse Prijs ging naar Driedelig paard van Ted van Lieshout, een boek dat geprezen werd als 'verbluffend origineel, knap, dwars en meeslepend.' Driedelig paard bevat poëtische verhalen, die door van Lieshout blokgedichten worden genoemd. Van verschillende voorwerpen maakte van Lieshout collages, die hij tot beeldsonnetten doopte. Zo 'schrijft' hij bijvoorbeeld in 14 regels van 10 een lepelsonnet, waarnaast hij een tekst plaatst, waarin lepels klagen over het feit dat ze 'op één hoop gegooid worden met de vorken.'

Vervolgens bevat Driedelig paard een aantal tips over hoe kinderen zelf een beeldsonnet of een blokgedicht kunnen schrijven. U kunt het zelf ook eens proberen, bijvoorbeeld met een verzameling half opgerookte sigarettenpeuken, mobiele telefoons of belastingenveloppen. De tekst ernaast moet een beetje op een brief lijken, maar de aanhef en de afzender moet u weglaten. Of u het toegankelijk maakt of niet, mag u zelf weten. 

TB

Zie ook: 
http://web.me.com/tavanlieshout/Ted_van_Lieshout/Ted.html
http://www.woutertjepieterseprijs.nl/



Literaire Vertaaldagen 2011

Op 9 en 10 december 2011 vonden – voor het eerst in Amsterdam – de dertiende Literaire Vertaaldagen plaats. Thema was ditmaal: ‘Vertalen en tijdgeest: de houdbaarheid van de vertaler’. Hoe lang kunnen vertalers mee? Moeten zij zich op een gegeven moment niet meer aan een bepaald soort (moderne) teksten wagen? Hoe ervaren ze zelf de houdbaarheid van hun vertalingen van decennia geleden? Zijn ze in de loop der jaren anders gaan vertalen? En hoe staat het met jongere vertalers die teksten van (veel) oudere auteurs krijgen voorgeschoteld? Wat is het beleid van uitgevers? Houden ze bij de keuze van een vertaler rekening met diens leeftijd en geven ze jongere, minder ervaren vertalers een kans?

Literaire Vertaaldagen 2011  

Automobilisten

In zijn openingswoord vergeleek Peter Bergsma oudere vertalers met automobilisten die van hun kinderen of anderen uit hun omgeving op een gegeven moment moeten horen: ‘Nu is het genoeg geweest.’ Het thema was dan wel in de eerste plaats gekozen vanwege de toenemende vergrijzing in vertalersland, maar doordat die grijze generatie nog volop actief is, hebben pas afgestudeerden aan de Master Literair Vertalen en de VertalersVakschool moeite om bij uitgevers binnen te komen, zeker nu de vertaalmarkt krimpt.

Hierna was het woord aan de vijf sprekers: oudere vertalers, jongere vertalers en een vertegenwoordiger van een uitgeverij, afgewisseld door discussies met de zaal.

 

Kris Lauwerys

Kris Lauwerys, een jonge Vlaamse vertaler die vooral werk vertaalt van oudere of al overleden auteurs, noemde zichzelf een ‘tijdperken- en tekstenversleper’ die taalschatten die hem niet eigen zijn, naar zijn eigen tijd en vocabularium moet zien over te brengen. Om bijvoorbeeld Gregor Von Rezzori te vertalen, had hij boeken van Tolstoj, Mann, Dostojevski, Couperus en Balzac gelezen. Een wapen noemde hij ook zijn Vlaamse afkomst, want ‘in Vlaanderen spreekt iedereen nog een beetje zoals honderd jaar geleden…’ Lauwerys zei steeds minder kans te krijgen om aan ‘zelfcasting’ te doen en boeken te kiezen die hem liggen. ‘Ik voel me een beetje een acteur die al jaren speelt in trage films die het van suggestie moeten hebben. Werkloos, omdat die films gewoon niet zo vaak meer worden gedraaid en omdat er oudere acteurs zijn met een langere staat van dienst die eerder dan ik telefoon van een uitgever krijgen. Logisch, maar niet echt hoopgevend.’

 

Rolf Erdorf

‘Doch alle Lust will Ewigkeit’ was de titel waaronder de Duitse vertaler Rolf Erdorf op de vraag inging hoe hij als relatief oudere vertaler te werk gaat bij het vertalen van young adult-literatuur. Belangrijker dan het jasje was zijns inziens het tijdgebonden detail. Een vertaler moet oog hebben voor de wereld om hem heen, of om met Luther te spreken ‘dem Volk aufs Maul schauen’. En wat uitdrukkelijk voor de oudere vertaler pleit is dat een bepaalde afstand soms goed of zelfs nodig is om ergens over te kunnen schrijven. Bovendien: een literatuur voor de jeugd of voor jong volwassenen impliceert hoe dan ook dat ouderen iets aan jongeren doorgeven.

 

Peter van der Zwaag

Op de vraag in hoeverre uitgevers bij de toewijzing van bepaalde vertaalopdrachten de leeftijd van vertalers laten meewegen, had Peter van der Zwaag, hoofdredacteur vertaalde literatuur van De Bezige Bij, een kort antwoord: ‘Extreme gevallen daargelaten, speelt leeftijd daarbij eigenlijk geen rol. Zo zullen we een jonge, onervaren vertaler niet vragen om het volledige werk van Marcel Proust opnieuw te vertalen en voor een edgy cultboek geen oudere vertaler vragen.’ Veel belangrijker dan de leeftijd van de vertaler vond Peter van der Zwaag factoren als persoonlijke affiniteit met een onderwerp, het vermogen hetzelfde register als de auteur aan te boren en de bereidheid om onderzoek te doen. ‘Het is aan ons, redacteuren, om in te schatten welke vertalers de benodigde interesse en kwaliteiten hebben, maar het is ook aan de vertalers om aan te geven waar hun grenzen liggen.’

 

Marijke Emeis

Marijke Emeis, al vijfendertig jaar literair vertaler Engels-Nederlands, ging in op de vraag of de voortschrijdende leeftijd ook voortschrijdend vertaalinzicht brengt. Ze vond van wel: ‘Ik vertaal beter dan vroeger, vind ik, soepeler, terwijl ik nog altijd streef naar nauwkeurigheid. Een vertaler heeft altijd zijn oren en ogen open en registreert al luisterend en lezend een leven lang. Het streven naar precisie is al die jaren gebleven, maar het gaat minder krampachtig dan vroeger. Ik “durf” meer, vooral in het Nederlands, en ben minder bang dat het “raar” zal staan.’ Om haar standpunt te illustreren. vergeleek Marijke Emeis een vertaling van haar uit 1986 met twee recentere versies.

 

Jeanne Holierhoek

Tot besluit sprak Jeanne Holierhoek over de vraag wat de tijd/leeftijd met je doet als vertaler. ‘Na mijn eerste vertaling dacht ik onbekommerd: dit is perfect, en niemand had het beter gekund, maar het was ook meteen de laatste keer dat ik dat heb gedacht. Niet eens zozeer omdat er veel aan werd gecorrigeerd, maar omdat ik geleidelijk steeds duidelijker ben gaan inzien hoeveel verschillende mogelijkheden er zijn om een tekst te vertalen. Vertalen gaat met de jaren ook niet sneller, eerder langzamer. Ten eerste wordt de blik van de vertaler breder, zodat hij steeds meer vertaalmogelijkheden ziet waaruit hij moet kiezen. Ten tweede gaat hij steeds moeilijker boeken vertalen. (‘Vertalers willen immers laten zien wat ze kunnen, en uitgevers zoeken voor prestigieuze projecten vaak ervaren vertalers.’) En de derde reden voor de vertraging die in de loop van het vertalersbestaan optreedt is “omzorg”. die begint met het controleren van de aanbiedingstekst en de tekst op het achterplat, en die steeds verder gaat: je schrijft eens een nawoord, geeft een lezing, doet een workshop, doet mee aan acties en voor je het weet zit je ook nog in een bestuur.’

 

Marjolijn Februari

‘Uitsmijter’ was dit jaar Marjolijn Februari, romanschrijver, columnist van NRC Handelsblad en rechtsfilosoof, die zich een fervent voorstander van vertalen verklaarde. ‘Ik behoor niet tot de hooghartigen die alles in het origineel willen lezen, omdat ik denk dat een goede vertaling meer recht doet aan een boek dan een slechte lezer.’ In het bijzonder ging zij in op ‘de verborgen keuzes die een schrijver maakt om tot een register en een genre te komen. Voor de vertaler zijn genre, register, jargon, vocabulaire een gegeven, maar voor de schrijver niet, en er wordt weinig gepraat over de afwegingen die leiden tot dit soort taalkeuzes.’ Zij illustreerde dit aan de hand van de eerste anderhalve bladzijde van haar roman De literaire kring en de haars inziens voortreffelijke Engelse vertaling daarvan door Paul Vincent, die in de zaal aanwezig was.

 

Letterenfonds Prijzen 2011

Tot besluit van de symposiumdag werden de Letterenfonds Prijzen 2011 voor de vertaler als cultureel bemiddelaar uitgereikt aan Claudia di Palermo (Nederlands-Italiaans), Vincent Hunink (Latijn-Nederlands) en Bartho Kriek (Engels-Nederlands).

Op zaterdag werd traditiegetrouw een zestiental vertaalworkshops gehouden, ditmaal in het Vossius Gymnasium, met als ‘bijzondere’ talen Noors-Nederlands, Russisch-Nederlands en Nederlands-Turks. 

Het aantal inschrijvingen voor de symposiumdag op vrijdag bedroeg 378, dat voor de workshops op zaterdag 186 – in beide gevallen absolute records.

De Literaire Vertaaldagen werden traditiegetrouw gesteund door het Lirafonds, het Nederlands Letterenfonds, het Vlaams Fonds voor de Letteren, het Expertisecentrum Literair Vertalen en de Vereniging van Schrijvers en Vertalers. De praktische organisatie van de Vertaaldagen was zoals gebruikelijk in handen van het Vertalershuis Amsterdam.

RV 



Sensuele Censuur – De Vertaalslag 2012

Op maandag 5 maart organiseerde de Werkgroep Literair Vertalers van de VvL samen met de SLAA de jaarlijkse Vertaalslag . Thema was dit jaar de (on)vrijheid van de vertaler: van rijmdwang tot politieke censuur. De slag werd een zinderende avond vol erotiek, duivels en engelen.

De behandeling van de politieke censuur werd toegespitst op China. Sinuloog Mark Leenhouts legde uit hoe met name vertalingen van non-fictie getroffen werden en dat romans over het algemeen weinig weerstand vonden, behalve dan op het gebied van seks en religie, niet een heel onbelangrijk deel van de hedendaagse Nederlandse roman. Zo bleek masturbatie in het Chinees vertaald te worden als 'je zelf troosten' en moesten in Komt een vrouw bij de dokter een groot deel van de seksscenes sneuvelen. Men zou verwachten dat die ingrepen worden uitgevoerd door ambtenaren, maar in de meeste gevallen zijn de redacteuren en vertalers, uit vrees voor hun baan, de politiek voor.

Veel Chinese vertalers moeten het vertalen combineren met ander werk. Ze verdienen veel minder dan hun Nederlandse collega's, maar zien dan weer wel hun naam in grote letters op het omslag prijken. De vertaler van Balzac werd zelfs geëerd met een standbeeld.

Zowel het duo Bindervoet en Henkes als musicalvertaalster Martine Bijl vertelden over het verplicht terugvertalen naar het Engels, zodat rechthebbenden kunnen lezen wat er met hun lied, gedicht of verhaal gebeurd is. Vaak levert dit bizarre teksten op die geen enkel recht doen aan het denkwerk van de vertalers. Bindervoet en Henkes klaagden over het feit dat ze 'Here comes the sun' van George Harrison niet mochten vertalen als 'Hier komt de sneeuw', dat uiteindelijk als 'alternative take' toch nog een plaatsje kreeg in hun verzamelde Beatlesvertalingen. Martine Bijl gaf als voorbeeld van onzinnige censuur Disney's verzet tegen haar vertaling van 'super-cali-fragil-istic-expi-alid-ocious' uit de musical Marry Poppins. Schoorvoetend had Disney haar toegestaan 'super-cali-fragil-istic-expi-a-tastisch' te gebruiken.

Het hoogtepunt van avond was de literaire vertaling van een erotisch fragment uit een Bouquetreeksboek door Rob van der Veer. Zijn vertaling was twee keer zo lang als de vertaling die de Nederlandse lezeressen voorgeschoteld krijgen. Bovendien was de passage ook minstens dubbel zo smeuïg, waardoor het niet om een romantische roman, maar om lichte porno leek te gaan. De werkelijke vertalers van de Bouquetreeks moeten lichaamsdelen of lichaamssappen weglaten, elke erotische scène romantisch maken en qua lengte de hete scènes af laten koelen en halveren. Het leken wel Chinese taferelen.

Na dit leermoment was het tijd voor de uitreiking van de Vertaalengel en de Vertaalduivel. De Vertaalengel werd toegekend aan Dóra Károlyi van de voormalige Hungarian Book Foundation. Károlyi werd een instituut genoemd en iemand die 'altijd voor de vertalers klaar stond' en 'met haar enthousiasme in belangrijke mate bijgedragen heeft aan de successen van de Hongaarse literatuur in de wereld'.

De tegenhanger van de Vertaalengel, de Vertaalduivel, ging naar Het juiste woord, het woordenboek van synoniemen, antoniemen en woordvelden dat aan vernieuwing toe is en eigenlijk  in digitale vorm uitgebracht zou moeten worden. De uitgever was verhinderd, maar accepteerde de duivel schriftelijk en legde uit hoe het te kostbaar zou zijn om het boek bij te werken. De totstandkoming van Het juiste woord was namelijk echt monnikenwerk geweest, dat eerst door een Jezuïeten priester en later door een pater belangeloos werd uitgevoerd.

Zo kwamen tijdens deze avond, het verhevene, het heilige en het platte op een informatieve en vermakelijke wijze samen en leerden we dat censuur zich lang niet alleen beperkt tot dictatuur en musical, maar ook in de Nederlandse supermarkt ruim voorradig is.

TB

 

Agenda

Repartitie data 2012 

Repartitie Theaterteksten, 2011-4   januari
Repartitie Theaterteksten, 2012-1   april 
Narepartitie NWS Journalistieke gelden, 2008, 2009 & 2010   april 
Narepartitie  LiteROM, 2007-2010   april 
Narepartitie  LNR Daisy-ROM's, 2009-2011   april 
Narepartitie Kabel TV, 2007-2010   mei 
Narepartitie  Kabel Radio, 2007-2010   mei
Narepartitie Thuiskopie Audio, 2006-2010   mei
Narepartitie LNR Geschriften, 2007-2011   mei
Narepartitie LNR Multimedia, 2008 t/m 2011   mei
Repartitie Kabel Radio / Thuiskopie Audio, 2011   juni 
Repartitie  Theaterteksten, 2012-2   juli
Repartitie LNR Geschriften, 2012   augustus
Repartitie en narepartitie LNR Luisterboeken, 2009 t/m 2011 & 2012   september
Repartitie Kabel TV, 2011   september
Repartitie LiteROM, 2011   september
Repartitie Nieuwswaarde, 2011   oktober
Repartitie  Auteursfonds, 2010   oktober
Repartitie Theaterteksten, 2012-3   oktober
Repartitie en narepartitie Thuiskopie Video, 2011 en 2006-2010   december
Repartitie Multimedia, 2012   december
Repartitie Opvoeringsrecht, 2012   december
       























 

Lira Fonds-aanvragen voor culturele gelden in 2012

De adviescommissie van het Lira Fonds die de culturele aanvragen bij het Fonds beoordeelt en die bestaat uit vier externe deskundigen en twee leden van het Lira Fonds-bestuur, vergadert zes keer per jaar, en wel in de regel op de eerste donderdag van elke even maand. In het jaar 2012 komt de adviescommissie volgens dit schema nog bij elkaar op 7 juni, 2 augustus, 4 oktober en 6 december 2012.

Mocht een vergadering op de geplande dag geen doorgang kunnen vinden, dan wordt alsnog een aantal dagen later vergaderd.

Aanvragen dienen uiterlijk drie weken voor de betreffende vergadering ten kantore van Lira in Hoofddorp te zijn ontvangen, in achtvoud, met een ingevuld aanvraagformulier, een beschrijving van het project, een duidelijke begroting en cvs van betrokken auteurs. Het zij nog maar eens met nadruk gezegd: omdat het Lira Fonds veelal auteurshonoraria financieel ondersteunt, dienen deze op de begroting met naam en bedrag gespecificeerd voor te komen. Anders ontbreekt een subsidiabele post en pakt het besluit vrijwel zeker negatief uit. Nadere informatie over een en ander is te vinden op www.lira.nl/lirafonds en telefonisch te verkrijgen bij Bart Schomaker die het secretariaat over het Fonds voert: telefoon 023-799 78 07 of per e-mail: bart.schomaker@cedar.nl.

KH



Berichten van het bureau

Lira Auteursfonds Reprorecht: aanvragen vergoeding

Vanaf 2010 beheert Lira het Auteursfonds Reprorecht. Dit fonds is bedoeld om auteurs in de categorieën vak, wetenschap en educatie een reprorechtvergoeding uit te keren. Alleen als u geen reprorechtvergoeding via uw uitgever ontvangt kunt u opgave doen om in aanmerking te komen voor een uitkering. 

Om zeker te weten of u in aanmerking komt voor een vergoeding vanuit het Auteursfonds Reprorecht kunt u hier de lijst met uitgeverijen raadplegen die de reprorechtvergoedingen zelf hebben ontvangen. Deze uitgevers zijn verplicht om minimaal de helft van het door hen ontvangen geld door te betalen aan de door hen vertegenwoordigde auteurs. Staat uw uitgeverij er niet tussen? Dan kunt u waarschijnlijk in aanmerking komen voor een vergoeding vanuit het Auteursfonds Reprorecht. De overige voorwaarden kunt u op onze website vinden.

Vanaf dit jaar heeft het Lira-bestuur besloten om een naclaimtermijn van 3 jaar in te stellen, net als voor de journalistieke repartities. Dit betekent dat u dit jaar niet alleen voor 2010 een claim kunt indienen, maar ook nog voor 2009 en 2008. Ook voor die jaren treft u het overzicht met deelnemende uitgeverijen aan op onze website.

Lira ontvangt graag uw opgaven voor het Auteursfonds Reprorecht. Het opgavenformulier kunt u hier vinden.
 

 

Lira’s jaarlijkse vergadering van aangeslotenen

Dit jaar zal de vergadering van stemgerechtigde aangeslotenen van Stichting Lira plaatsvinden op zaterdagmiddag 9 juni 2012 in de Openbare Bibliotheek Amsterdam (OBA). In de ochtend worden op dezelfde dag de jaarvergaderingen van de Vereniging van Schrijvers en Vertalers (VSenV) en haar afdelingen georganiseerd.

Direct aansluitend op Lira’s vergadering organiseren wij een debat waarin de centrale vraag zal zijn of het wenselijk is om het uitlenen van e-books onder het wettelijke leenrechtstelsel te brengen. De dag wordt net als voorgaande jaren afgesloten met een borrel en een dinerbuffet.

Het volledige programma en het jaarverslag zijn vanaf mei te vinden op de website www.lira.nl. Dan worden ook de uitnodigingen verstuurd.

SB

 

Exit Daisy-ROMs

Vanaf 2012 vervalt de Leenrecht Daisy-ROM repartitie van Lira. Daisy-ROMs zijn gesproken boeken voor personen met een leeshandicap. Lira keerde vanaf 2009 hiervoor uit.

Stichting Leenrecht incasseert vanaf dit jaar geen vergoedingen meer voor het uitlenen van gesproken boeken door openbare bibliotheken, omdat deze vanaf 1 januari 2012 niet meer onderworpen zijn aan het leenrecht.

Nieuwe regeling

In een regeling die uitgevers en bibliotheken in december 2011 sloten is afgesproken dat de openbare bibliotheken vanaf 2012 de gesproken boeken gescheiden moeten houden in hun collectie. Vanaf nu kunnen de gesproken boeken dan ook alleen nog maar uitgeleend worden aan leesgehandicapten door middel van een leesgehandicapten-pas.

Dit geldt niet voor luisterboeken: anders dan Daisy-ROMs zijn luisterboeken commerciële uitgaven die niet specifiek bedoeld zijn voor leesgehandicapten. De leenrechtvergoeding voor luisterboeken blijft bestaan en bibliotheken zullen ervoor zorgen dat de uitleningen van gesproken boeken en van luisterboeken niet door elkaar lopen.

Stichting Lira zal dit jaar nog eenmaal een repartitie Leenrecht Daisy-ROM uitvoeren: de reguliere repartitie Daisy-ROM 2011 en de narepartities Leenrecht Daisy-ROM 2009 en 2010. Daarna sluiten wij deze repartities af.

SB

 

Prijs voor de beste correspondent

Het Lira Auteursfonds Reprorecht heeft samen met het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten (BJP) een prijs ingesteld voor de (buitenlandse) correspondent. De prijs zal jaarlijks worden uitgereikt. Lira Auteursfonds Reprorecht en Fonds BJP willen met de prijs eer betuigen aan de het werk van de correspondent en de buitenlandjournalistiek, zowel de directe nieuwsvoorziening als achtergrondinformatie (analyses, reportages). De winnaar ontvangt een geldbedrag van € 5.000,- en een oorkonde.

Prijs voor de beste correspondent

Waarom?

Lira Auteursfonds Reprorecht en het Fonds BJP willen met deze prijs aandacht vragen voor het belang van goede berichtgeving over het buitenland. Het werk van vooral freelancende correspondenten staat onder druk. Krimpende redactiebudgetten - en ook tanende belangstelling voor het buitenland - dwingen hen tot een hogere productie voor meerdere opdrachtgevers, waardoor onderzoek, veldwerk en het grote achtergrondverhaal of de reportage in het gedrang komen. Lira en het fonds BJP hopen dat de prijs een stimulans zal zijn voor kwalitatief hoogwaardige buitenlandjournalistiek.

Waarvoor?

De prijs geldt voor de complete berichtgeving van een freelance correspondent – print, radio, tv, fotografie, online-bladen, blogs – maar bij de toekenning zal de nadruk liggen op de tekst. De prijs wordt voor het eerst uitgereikt in 2013 (voor het werk in 2012). 

Kandidaten kunnen zich aanmelden met een dvd/cd-rom (in vijfvoud) – met daarop een overzicht van het verrichte werk, ondersteund met concrete voorbeelden (artikelen, radio of tv reportage, nieuwsitems, fotografie). Uiterlijke inzendtermijn is 31 januari 2013.

De organisatie is in handen van het Fonds BJP. De prijs wordt tegelijkertijd met de M.J. Brusseprijs, de prijs voor het beste journalistieke boek, uitgereikt. Een onafhankelijke jury beoordeelt zowel de kandidaten voor M.J. Brusseprijs als de kandidaten voor correspondentenprijs. De samenstelling van de jury zal daarop zijn afgestemd. 

Voor meer informatie: 
www.fondsbjp.nl 
020 6386 295

Geke van der Wal,
directeur Fonds BJP



Gezocht: leenrechthebbende schrijvers en vertalers (of hun erven)

Medewerkers van Stichting Lira zijn continu op zoek naar schrijvers en vertalers voor wie nog leenrechtgelden uit het verleden beschikbaar zijn. Naar hen wordt gezocht via uitgevers, digitale sociale media, blogs, websites enzovoort. Desondanks blijven er altijd rechthebbenden over van wie we onvoldoende gegevens hebben om gelden aan hen uit te keren.

Op onze zoektocht naar adressen van auteurs, vertalers, bewerkers en samenstellers (of hun erven) wier titels worden uitgeleend door Nederlandse openbare bibliotheken, valt gelukkig regelmatig via internet een e-mailadres te achterhalen, heeft iemand een eigen website of valt er een werkgever te vinden. Zo kunnen we iemand, al dan niet via een omweg, op het bestaan van Stichting Lira wijzen. 

Helaas zijn er echter nog vele rechthebbenden bij wie een zoektocht op het internet weinig soelaas biedt, en waar het boek dat zij geschreven of vertaald hebben, de enige leidraad blijft waar wij op af kunnen gaan.

Uitgevers zijn gelukkig vaak bereid adressen die bij hen bekend zijn, door te geven, en zij worden dan ook regelmatig door ons geraadpleegd. Zij hebben echter niet altijd gegevens van de gezochte personen meer, of de adressen zijn niet meer actueel. 

Wij roepen daarom graag uw hulp in. Niet alleen via dit Bulletin, maar sinds enige tijd sturen wij onze ‘gezocht’ lijst ook digitaal via Twitter de wereld in. Wij hopen daardoor nog meer rechthebbenden te kunnen bereiken. Wilt u ons hierbij helpen? Volgt u ons dan op www.twitter.com/stichtinglira en zegt het voort.

Lira keert met terugwerkende kracht de leenrechtvergoeding uit, vaak ook nog voor (populaire) titels uit de jaren tachtig. Veel uitgeleende genres zijn o.a. kinderboeken, kasteel- en doktersromans, misdaadromans, hobbyboeken, kookboeken en stripboeken. 

Voor de gezochte rechthebbenden in bijgaande korte lijst staat er geld gereserveerd. Dus kent u het adres van een of meer van deze Nederlandse of Vlaamse auteurs of vertalers (of hun erven), of heeft u een tip waar we meer over hen te weten zouden kunnen komen, mailt, schrijft of belt u Lira dan a.u.b.: e-mail lira@cedar.nl; telefoonnummer 023 870 0202.

Ook als u mensen kent die niet op bijgaande lijst staan, maar wier werk wel in de Nederlandse openbare bibliotheken uitgeleend wordt, nodigen wij hen van harte uit contact met ons op te nemen via ons emailadres of telefoonnummer, of een kijkje te nemen op onze website: www.lira.nl

Wij hopen weer van u te horen. Alvast hartelijk bedankt voor uw medewerking. 

OvdT

Gezocht:

Atari, Samira
Burg, Marjoleine ter
Gier, Paul de
Giessen, Martine van 
Hermans-de Roos, Dhr. A.E. 
Kooreman, Marja
Marken, Frederika van
Meijer, Marion
Tholema, mevr. A.C.
Toolen, Hans van der

 

Van de redactie

Naar het zich laat aanzien zal dit de laatste editie van de rubriek GEZOCHT! zijn. U kunt aan de beknoptheid van de lijst  merken dat de werkzaamheden in deze speurtocht er zo goed als óp zitten. Het is een langdurige en intensieve operatie geweest die veel succes met zich mee heeft gebracht, zoveel succes dat er niet zo veel namen meer zijn om met een kans op succes naar te zoeken.

Hartelijk dank voor uw aller medewerking en waarschijnlijk zullen wij in andere verbanden een nieuw beroep op uw coöperatie gaan doen om rechthebbenden te vinden. 

Hartelijk dank ook aan het team van Lira-medewerkers dat leidend in de speuracties is geweest.

KH

 



Bestuur en bureau van de Stichting Lira

De Stichting Lira, opgericht op 23 oktober 1986, beheert als auteursrechtorganisatie op collectieve wijze auteursrechten en op het auteursrecht gebaseerde vergoedingsaanspraken van schrijvers, vertalers en journalisten die door hen individueel niet, of slechts met de grootst denkbare moeite, te gelde kunnen worden gemaakt.

Postadres

Stichting Lira
Postbus 3060
2130 KB Hoofddorp

Nieuw bezoekadres:

Holland Office Center
gebouw 5, 1e etage
Kruisweg 793-795
2132 NG  Hoofddorp

Nieuw telefoon- en faxnummer:

Telefoon: 023 870 02 02
Fax: 023 870 02 10
E-mail: lira@cedar.nl
Website: www.lira.nl

Bankrekeningnummers

ING: 65 98 04 972
ING: 50 01 51 

Kamer van Koophandel

41205902


 

Bestuur Stichting Lira

Kees Holierhoek, voorzitter
Tijs van den Boomen, vice-voorzitter
Robert Alberdingk Thijm, secretaris
Rien Verhoef, penningmeester
Maria Genova, lid
Tsead Bruinja, lid
 

Bureau Stichting Lira (Cedar BV)

directeur: 
Hein van Leeuwen

accountmanager:
Hanneke Verschuur

beleidsmedewerker: 
Saskia Bakker
Sebastiaan Goed

secretariaat:
Sonja Bemer
Cabriëlla Vinke

commercieel-administratief cluster: 
Charlene de Feyter, teamleider 
Marianne Bovet 
Petra Daansen 
Martin van Dam 
Talitha van Hattem
Mariska Kolman
Hicran Maaskant
Bart Schomaker 
Odile van der Tweel 
Kim Veenstra
 

 

Colofon

Het Lira Bulletin is een uitgave van de Stichting Lira en wordt sinds nummer 34 (mei 2011) digitaal verspreid onder aangeslotenen en relaties van de Stichting Lira, ook onder de ontvangers van een leenvergoeding, waarvan de verdeling jaarlijks door Lira wordt uitgevoerd in opdracht van de Stichting Leenrecht. Wie dit Bulletin digitaal ontvangt, is daarmee niet automatisch bij Lira aangesloten. Aansluiting komt pas tot stand via een handtekening op een zogenoemd aansluitingscontract waarin de auteur bepaalde rechten zoals kabelrechten aan de Stichting Lira in beheer toevertrouwt. Aansluiting bij Lira is kosteloos.

Lira

Postbus 3060
2130 KB  Hoofddorp

Telefoon: 023 870 02 02
Fax: 023 870 02 10
E-mail: lira@cedar.nl
Website: www.lira.nl 
Website toneel: www.liratheaterteksten.nl

Redactie

Hanneke Verschuur
Tsead Bruinja
Rien Verhoef
Kees Holierhoek (eindredactie)

Tekstbijdragen

Saskia Bakker
Sebastiaan Goed    
Odile van der Tweel
Geke van der Wal

Illustraties

Gabriel Kousbroek
 

Ontwerp

Rutger Fuchs, Amsterdam

Bouw website

4net interactive, Maarn